De Historische Kring vertelt … 2023

Klik op een foto om te vergroten.

Het voormalige gemeentehuis Wakkerendijk 30.

Dure verwarming van het Gemeentehuis

We leven in een dure tijd, met hoge inflatie. We merken dat onder meer aan de gasprijs, die fors is gestegen en waarover niet duidelijk is wat de toekomst ons brengen zal. Het gevolg is dat veel mensen vanwege de hoge gasprijs deze winter moeite hebben om hun huis voldoende warm te stoken. In de krant uit 1914 lezen we dat de verwarming van het gemeentehuis toen ook een ‘hot item’ was. Samengevat werd hierover toen het volgende geschreven:

Op het gemeentehuis van Eemnes (toen gevestigd Wakkerendijk 30) schijnt het duur branden te zijn. De gemeenteontvanger heeft de gemeenteraad een overzicht gegeven van de kosten die de afgelopen jaren zijn gemaakt voor het verwarmen van de gemeentesecretarie. Dat was: in 1906 f27,80, in 1907 49,60, in 1908 f58,17½, in 1909 f65,30, in 1910 f68,50, in 1911 f96,30, in 1912 f128,50 en in 1913 f119,55.

Op de secretarie staat een zogenaamd ‘Salamanderkacheltje’ van geringe afmetingen, dat zes dagen in de week wordt gestookt van ’s morgen 8 tot 3 uur ’s middags. In de raadzaal staat ook een kacheltje, dat slechts zelden brandt. De burgemeester licht in de raadsvergadering toe, dat de kachel op de secretarie een echte verslinder is. Hij stelt voor een vulkachel aan te schaffen, te meer omdat de oude pot van de Salamander versleten is.

Een van de raadsleden merkt daarna op, dat het vroegere schoolhoofd voor elke kachel op school gedurende de winter al jaren f 40 vergoeding krijgt en dat daar alle verdere kosten onder begrepen zijn. Met dit bedrag heeft hij het steeds kunnen redden. Deze kachels zijn ook Salamanders en van grotere afmeting dan die op de secretarie. En deze kachels moeten vijf dagen in de week branden van ’s morgens 8 tot ’s avonds 7 uur. Voorts meldt hij dat het schoolhoofd nooit geklaagd heeft over een te geringe tegemoetkoming.

Volgens het krantenartikel vielen hierna in de raadsvergadering over en weer nog enige ‘harde’ woorden en het slot was dat uiteindelijk besloten werd hierover in een volgende vergadering opnieuw met elkaar te spreken. Kennelijk is dat toen in beslotenheid gebeurd, want verder is hierover niets meer in de verslagen te vinden… De gemeenteontvanger kreeg ondertussen alvast een pluim, omdat hij de raad de ogen had geopend.

Eerder geplaatst in De Rotonde, jrg.20, uitgave 1, 13 januari 2023.

Bocht Wakkerendijk/Laarderweg gezien vanaf Meentweg.

Zwaar verkeer door het dorp

Met het ontstaan van het gemotoriseerd verkeer rond het begin van de 20e eeuw namen de vervoersbewegingen met auto’s en vrachtwagens in snel tempo toe. In die tijd waren er nog geen rijkswegen zoals we die nu kennen en de verbindingsroutes gingen in die tijd over de wat grotere wegen, dwars door steden en dorpen. Zo liep de route tussen Amersfoort en Naarden wat betreft Eemnes over de Wakkerendijk en Laarderweg. Dit was sinds 1816 de ‘rijksstraatweg’, die al heel snel ‘nommer 1’ had. We zien dit nummer 1 nog terug in A1. De A1 is als Rijksweg 1 met twee tegenstelde rijstroken in 1952 geopend.

Als gevolg van het toenemende verkeer, het vaak slechte en smalle wegdek en de gebrekkige regelgeving over de snelheden, afmetingen en gewicht van voertuigen ging er nog al eens iets mis en waren er regelmatig ongelukken. Vaak ook met ernstige afloop. De bocht Wakkerendijk/Laarderweg was in dat verband berucht. Om die reden besloot het gemeentebestuur in 1920 de maximum snelheid op de Wakkerendijk en Laarderweg (tot aan de Molenweg) vast te stellen op maximum 15 km per uur!

In 1922 werd er in Eemnes reeds gesproken over toenemend verkeer met zware vrachtauto’s en als gevolg daarvan schade aan huizen in het dorp , vanwege ‘gestadige dreuning en trilling’. Gezegd werd: ‘Nagenoeg alle woningen zijn gebouwd op veengrond, waarin voortdurend min of meer werking is. Om die reden was al in vroeger jaren het vervoeren van zware vrachten, bomen en dergelijke door de gemeente verboden’.

Echter, zo werd toen geconstateerd: ‘De tijden zijn veranderd. Van ’s morgensvroeg tot ’s avonds laat daveren de wagens met hun massieve banden over de weg, tot schrik van menig huiseigenaar, wiens woning staat te schudden en te beven’. In het bijzonder werden de woningen in de omgeving van de Kerkstraat genoemd. Vanuit de samenleving kwam toen ook het geluid dat de overheid zich meer met de kwestie moet gaan bemoeien. Gezegd werd ‘dat het op de eerste plaats op de weg van de gemeente ligt om maatregelen te beramen om aan deze onhoudbare toestand een einde te maken. Zo zou de route door ons dorp enkel toegankelijk moeten worden gemaakt voor vrachtwagens met een maximale asbelasting en op luchtbanden. Bovendien zou een uiterst geringe maximale snelheid voor vrachtautomobielen moeten worden overwogen’.

Gelukkig is er in de loop der jaren veel verbeterd: De wegen zijn deels breder en geasfalteerd en de voertuigen zijn veiliger. Zwaar verkeer is er echter nog steeds en wordt er helaas nog regelmatig (te) hard gereden. Er zijn nog steeds verkeerssituaties waar verbetering mogelijk is. Gelukkig heeft dit ook nog steeds de aandacht van ons gemeentebestuur!

Eerder geplaatst in De Rotonde, jrg.20, uitgave 3, 10 februari 2023; kleine aanpassing dd 20 januari 2024.

Publieke verkoping aan huis bij de betreffende juffrouw.

Niet stemmen een duur grapje

In maart 2023 zijn er weer verkiezingen van dit maal de leden van Provinciale Staten en Waterschappen. Iedere kiesgerechtigde inwoner krijgt dan, zoals bekend, een oproep om zijn of haar stem uit te brengen. Stemmen is een recht, geen plicht! Dat is echter niet altijd zo geweest. Sedert 1917 hebben mannen en per 1919 vrouwen in Nederland stemrecht, maar óók was er tot 1970 een opkomstplicht! Je was verplicht te komen stemmen. Kwam je niet stemmen, dan liep je het risico hiervoor te worden beboet en de kosten konden dan behoorlijk oplopen!

Dat ondervond ook een inwoonster van onze gemeente in december 1926 die geweigerd had te komen stemmen voor de leden van de Tweede Kamer op 1 juli 1925. In de krant werd hierover het volgende vermeld:

Te Eemnes werd heden publiek de inboedel verkocht van een juffrouw, die veroordeeld was tot 50 cents boete wegens het niet vervullen van haar stemplicht. De oorzaak hiervan was dat zij weigerde de boete te betalen, waardoor de kosten opliepen tot f49,50. Vóór den aanvang der verkoping las de juffrouw een request [verzoekschrift] voor, dat zij aan H.M. de Koningin had gezonden.

Na voorlezing van het exploit door den heer J.D. Lammerts van Bueren van het deurwaarderskantoor uit Amersfoort, werd tot verkoop overgegaan. Twee stuks schilderijen werden ingezet met 20 cent, waarna door den echtgenoot der juffrouw direct f 50 werd geboden. Doordat hierdoor het verschuldigde bedrag bijeen was, werd de verdere verkoop gestaakt. Een duur grapje, wanneer men zijn zin wil doordrijven. De verkoop had plaats buiten voor de woning. Veel publiek was niet aanwezig. Het waren meer nieuwsgierige kijkers.

In 1970 is de opkomstplicht afgeschaft en staat het iedereen dus vrij om te gaan stemmen. Wilt u echter toch enige invloed hebben hoe ons land wordt bestuurd dan zou ons advies zijn: Ga stemmen!

Eerder geplaatst in De Rotonde, jrg.20, uitgave 5, 10 maart 2023.

Het ‘Dikke Torentje’ Eemnes-Binnen.

Beroving van de kerk in Eemnes in 1700

In de oude archieven van Rhenen is enige tijd geleden het een en ander gevonden over een kerkroof in Eemnes. Die roof of inbraak moet zijn gebeurd ergens tussen 1700 en 1707. Hierbij was een zekere Anna Dircks, alias Pirlapomp en geboren te De Bilt, betrokken geweest.

Nadat zij was opgepakt, heeft Anna Dircks voor het gerecht ‘buiten pijn’ en met ‘banden van ijser aen’ heel veel kwade dingen bekend. Vooral veel inbraken. Zo bekende ze onder meer dat ze ‘heeft geassisteert bij de kerckroverij in den dorpe van Emmenes, ende aldaer op de schildwagt heeft gestaen’. Ze heeft dus op de uitkijk gestaan toen de kerk in Eemnes door de bende waar ze deel van uitmaakte werd beroofd. Welke kerk in Eemnes werd beroofd, die van Eemnes-Binnen (bij het Dikke Torentje) of die van Eemnes-Buiten (aan de Kerkstraat) is niet vermeld. De opbrengst van deze ‘roverije’ zou volgens de stukken ongeveer twaalf gulden zijn geweest. Omgerekend naar de huidige tijd ongeveer €135,-.

Zij werd voor deze zaken veroordeeld en ‘op den 26 maij 1707 volgens sententie des Ed. Gereghts geworght’. Zij was korte tijd daarvoor bevallen van een kind, ‘bij haar in hoererije gewonnen’. Na haar terechtstelling in Rhenen heeft het gerecht van die stad de zorg en kosten voor haar kind op zich genomen .

Uit het vorenstaande blijkt dat de straffen in die tijd niet mals waren, zeker vergeleken met de straffen die heden tegen dagen voor dit soort vergrijpen worden uitgedeeld. In dat opzicht was de ‘goede oude tijd’ niet echt zo goed!

Eerder geplaatst in De Rotonde, jrg.20, uitgave 7, 7 april 2023.

Koningin Wilhelmina en Prins Hendrik.

Koninklijk bezoek aan Eemnes

Tegenwoordig zien we het niet meer, maar in vroeger tijden kwam het regelmatig voor dat de Koninklijke familie uitstapjes maakte vanuit paleis Soestdijk in de omgeving. Ook Eemnes werd daarbij vaak bezocht. De familie ging toen ook vaak hier ter kerke, het Dikke Torentje, dus Eemnes was voor de familie niet onbekend.

Volgens een krantenverslag werd op een mooie dinsdagmiddag in juli 1901 door het koninklijk echtpaar met gevolg opnieuw een kort, aangekondigd bezoek, aan Eemnes gebracht. Vlak vóór de grens met onze gemeente kwamen zij langs kasteel Groeneveld en daar stopte de stoet. Hier kreeg de koningin uit handen van de bewoonster mevrouw baronesse Taets van Amerongen een boeket aangeboden.

Nadat de stoet zich weer in beweging had gezet wachtte iets verderop aan de gemeentegrens de burgemeester van Eemnes Jonkheer C. Röell, met de gemeenteraad, het koninklijk paar op. De burgemeester hield een toespraak: ‘Uwe Majesteit! Wij stellen het op hoge prijs, dat het ons vergund is u een woord van welkom toe te roepen bij gelegenheid van uw eerste rijtoer door Eemnes met Z.K.H. de Prins der Nederlanden. Uit naam van de ingezetenen van Eemnes roepen wij Uwe Majesteit en Uwe Koninklijke Hoogheid een hartelijk en welgemeend welkom toe.’

Het verslag vermeldt verder: Het Koninklijk paar bedankte vriendelijk voor deze woorden waarna het vierjarige zoontje van de Burgemeester de Koningin een fraaie ruiker aanbood. Langs de dijk stonden de inwoners geschaard voor hun woningen waaruit de vlaggen vrolijk wapperden en groetten het Vorstelijk echtpaar op hartelijke wijze. Voor de R.K. Zusterschool stonden de kinderen opgesteld en boden een fraaie bloemenhulde waarvoor de Koningin vriendelijk dankte. De toer eindigde bij de Gooise Meent waar het echtpaar uitstapte en een kleine wandeling maakte.
De terugtocht werd langs dezelfde weg aanvaard waarbij nogmaals menig groet met de landelijke bevolking gewisseld werd. De hooibouw, die alle beschikbare handen nodig heeft, was oorzaak dat geen versieringen waren aangebracht. Toch had de eenvoudige, oranjegezinde bevolking een eigenaardige hulde bedacht: tijdens het bezoek beierden van drie verschillende kerktorens vrolijk de klokken.

Ja, dat waren echt andere tijden en in de huidige tijd in deze vorm niet meer voor te stellen.

Eerder geplaatst in De Rotonde, jrg.20, uitgave 8, 21 april 2023.

De Eem met links het land wat vroeger De Helling was. In de verte ligt Eemdijk.

Helling in de polder

Fietsend en wandelend door de mooiste polder van Europa, de polder van Eemnes, zullen niet veel mensen zich realiseren dat dit gebied tot 1932 met regelmaat overstroomde. Met de afsluiting door de aanleg van Afsluitdijk kwam daar een eind aan.

Wat velen ook niet weten is dat daar, in de nabijheid van het pontje bij Eemdijk, ten zuiden van de Wiggertsweg, ook een stuk land ligt met de naam De (Grote) Helling. Vanwege deze naam zou je dan een verhoging in het landschap verwachten, maar dat is echter niet het geval. Waar komt de naam dan wel vandaan?

Wanneer we terug de tijd induiken zien we dat de Eem een belangrijke verbindingsroute met Amersfoort was en druk werd bevaren. Uit een belastingaanslag uit 1599 bleek zelfs dat destijds de stad Amersfoort eigenaar was van toen nog een eilandje in de Eem, dat gebruikt werd voor het kalefateren (repareren; dichtstoppen van naden in de romp) van schepen. Met regelmaat werden daar dus schepen aan de onderzijde opgeknapt. Aan het gebruik van dit eilandje als een soort scheepshelling heeft dit stukje Eemnes zijn naam De Helling te danken.

Uit de omschrijving op de aanslag blijkt dat we het hier hebben over een stuk vast (stevig) land van ongeveer 7 dammaat met riet en een waterplas. Een dammaat is een stuk land dat qua grootte in ongeveer één dag (met de hand) kan worden gemaaid. Dat is ongeveer een halve hectare. Uit archiefstukken blijkt dat het eiland door aanslibbing en overstroming in 1728 in oppervlakte is verdubbeld en nadien nog groter is geworden en meerdere keren is verbeterd met o.a. een haventje, steiger en aanleg van sloten. Nog later is dit gebiedje ingepolderd en dus bij de polder getrokken.

De Helling en het bijbehorende rietland zijn sinds 1807 onderdeel van de Grote Maatpolder en wordt nu onderhouden als plas-drasgebied voor de watervogels. Dit Het zuidelijke deel van het gebied is het laagste deel van de polder en dus snel erg nat; ideaal van de weidevogels.

Leuk om dat eens beter te gaan bekijken op een wandeling of tochtje vanaf de Meentweg richting het pontje, dan direct vóór het pontje rechtsaf het fietspad op langs de Eem – je rijdt dan langs de voormalige Helling –, de sluis, het gemaal en de Eemnesservaart. Een prachtig natuurgebied gebied vol met historie!

Eerder geplaatst in De Rotonde, jrg.20, uitgave 10, 19 mei 2023.

Oorspronkelijk uurwerk Dikke Torentje (foto: J. Frantsen).

Het uurwerk van het Dikke Torentje

Ruim een eeuw geleden, in mei 1919, werd er in de gemeenteraad van Eemnes gesproken over de gemeenteklok. Daarmee werd gedoeld op het uurwerk (daterend begin 17e eeuw) in de toren van de kerk in Binnendijk aan het eind van de Wakkerendijk (Dikke Torentje). Volgens berichtgeving in de pers destijds werd hierover het volgende gezegd:

Het uurwerk van den gemeentetoren is sinds jaren defect en de klok liep niet. Het ding is ‘glad op’ riep men en geen reparatie mocht helpen. Een veelbelovend jong dorpsgenoot, Rebel genaamd, die de ambachtsschool te Hilversum heeft bezocht, meende dat het met het uurwerk nog niet zo heel slechts gesteld was. Zonder daartoe verlof van de burgemeester sloop hij naar den toren, onderzocht het uurwerk eens, vijlde en sleep er wat aan en… de klok liep!

In plaats dat de burgemeester overvloeide van dankbaarheid, kreeg het doortastende jongmensch een standje, omdat hij zonder permissie of kennisgeving, op eigen houtje de klok had gerepareerd. Aanvankelijk dacht men, dat de klok na een paar dagen wel weer stil zou staan, doch er zijn nu reeds, sinds de snoode daad van Rebel, enige weken voorbij gegaan en de klok loopt nog steeds.

Dit heeft de burgemeester wat milder gestemd en daarom vroeg hij, of Rebel voor zijn moeite niet beloond moest worden en of de klokkenist het uurwerk weer niet op geregelde tijden moest opwinden? Ook zou hij het niet ondienstig vinden om op de wijzerplaat een minuutwijzer aan te brengen.

De raadsleden waren eigenlijk wel wat trotsch, dat de gemeente zoo’n knappen jongen rijk is en een van de raadsleden vond Rebel een ‘weergaschen gewieksten jongen’. Na enige bespreking besloot men het nog eens een maandje aan te zien. Het uurwerk zal behoorlijk worden opgewonden en blijft de klok loopen, dan krijgt Rebel een douceurtje, de klokkenist verhoging van salaris en de wijzerplaat een minuutwijzer.

In augustus van dat jaar werd opnieuw in de raad over het uurwerk gesproken. Het bleek dat de klok nog steeds prima liep en besloten werd de jonge Rebel hiervoor een vergoeding van f60 te geven. Vanwege de verwachte hoge kosten werd voorts besloten om geen minuutwijzer aan te brengen. Het oordeel was “men heeft het altijd zonder zoo’n wijzer gedaan….

En deze situatie is sedertdien zo gebleven. Het uurwerk heeft tot na de Tweede Wereldoorlog dienst gedaan en is later vervangen door een uurwerk met twee wijzers. Gelukkig is het oude uurwerk gerestaureerd en functionerend gemaakt. U kunt het nu vinden in de hal van het BEL-kantoor!

Eerder geplaatst in De Rotonde, jrg.20, uitgave 12, 16 juni 2023; kleine aanpassing 20 januari 2023.

De polder met de toen nog onverharde Eemnesser Vaartsteeg.

Nachtelijke aanslagen in de polder

Het is inmiddels bijna 60 jaar geleden, maar de oudere Eemnessers weten het ongetwijfeld nog goed: De terreur die in de zomer van 1963 werd uitgeoefend op het vee in de polder. In juli en augustus van dat jaar werden in 10 dagen tijds drie aanslagen op koeien gepleegd. De uitgestrektheid van onze polder en de structuur van het wegennet plaatsten de politie toentertijd voor een nagenoeg onmogelijke taak om de daders op te sporen. Wat gebeurde er toen in de polder?

De eerste aanslag op vee was op een koe van boer S. De koe werd door de eigenaar op een zondagmorgen, toen hij zijn koeien wilde gaan melken, dood in de wei gevonden. Onderzoek toonde aan, dat het dier met een hooivork was bewerkt en dat niet had overleefd. Enkele dagen later werd ook veehouder G. geconfronteerd met de gevolgen van een dergelijke terreuractie. Hij vond eveneens in zijn weiland langs de weg een ernstig gewond dier. De koe was blijkens de gevonden hulzen getroffen door een aantal kogels. Het dier was zo ernstig gewond dat het uit zijn lijden moest worden verlost. Een kleine week later was het helaas weer raak, nu bij veehouder B. Toen bleek dat er opnieuw koeien waren beschoten, waarvan er één met zeer ernstige verwondingen.

De veehouders waren in alle staten en niemand wist wat de beweegredenen zouden kunnen zijn om zich op dieren die zich niet kunnen verweren, uit te leven. Maar ze waren ook bang dat de terreur hiermee nog niet ten einde was en durfden niet zelf ’s nachts de polder in te gaan om een oogje in het zeil te houden. De kans bestond immers, dat de dader of daders dan ook op hen zouden schieten. Wel surveilleerde de politie en ook waren er bezorgde inwoners, die op eigen gelegenheid de polder in trokken om in de gaten te houden en te controleren.

Na de laatste terreuractie stopten de aanslagen gelukkig. Helaas is echter nooit duidelijk geworden wie hiervoor verantwoordelijk waren. Het heeft jammer genoeg dus niet geleid tot het opsporen en bestraffen van deze laffe dierenbeul(en). Frustrerend en zeer onbevredigend…

Eerder geplaatst in De Rotonde, jrg.20, uitgave 14, 28 juli 2023.

Fanfarecorps ‘De Eendracht’.

Dorpsfeesten in Eemnes een eeuw geleden

Ons dorp is bekend om onze dorpsfeesten, van Koninginne/Koningsdag in april tot feestweken in het najaar. In september is het weer zover en organiseert ons onvolprezen Feestcomité wederom zijn traditionele feestweek. In 1926 was de opzet iets bescheidener en werd er op 14 en 15 september een tweedaags dorpsfeest gehouden.

In de krant werd dit ‘Volksfeest’ tevoren al breed aangekondigd. Wat en wanneer er die dagen georganiseerd werd wordt hieronder beschreven. De feestelijkheden werden toen al dinsdagavond ingeluid door de kerkklokken:

Woensdagsmorgens om half 9 vindt de keuring plaats van versierde koetsen, paarden, rijwielen en andere voertuigen die aan de optocht deelnemen. Voor dit doel zijn zeer fraaie prijzen beschikbaar gesteld. Na de keuring wordt de optocht opgesteld en naar de grens der gemeente Eemnes-Binnen (bij het Dikke Torentje) getrokken, alwaar de burgemeester wordt afgehaald. Daarna wordt met Fanfarecorps ‘De Eendracht’ aan het hoofd getrokken naar Eemnes-Buiten en den Laarderweg. Daar, nabij den voormaligen tol, wordt de stoet ontbonden.

‘s Middags om 3 uur neemt op den straatweg, door den tol (op de Wakkerendijk/Meentweg), het ringsteken op rijwielen een aanvang, terwijl ten half 5, ter zelfder plaats, de ringrijderij met versierde sjezen wordt gehouden. De eerste feestdag wordt besloten met een concert, dat ‘s avonds half 8 wordt aangeboden door het Fanfarecorps ‘De Eendracht’, in den tent achter de Wakkerendijk. De feestelijkheden op donderdag nemen reeds vroegtijdig een aanvang, ‘s morgens om 8 uur begint reeds het ringsteken op losse paarden in de Kerkstraat.

Na afloop daarvan wordt omstreeks half 10, onder leiding der onderwijzeressen, begonnen met kinderspelen voor meisjes, bestaande uit turfrapen, balletjes loopen, kaarsblazen, broodjes happen enz. ‘s Middags 2 uur worden ook in de Kerkstraat, de spelen voor jongens gehouden, bestaande uit touwtrekken, hardloopen met hindernissen, terwijl bij voldoende deelname nog een vliegerwedstrijd op de Vaartsteeg wordt gehouden. ’s Avonds om 8 uur heeft in de Kerkstraat tonnetje steken plaats.

Gedurende de beide dagen zullen er vermakelijkheden, zoals een zweefmolen, een schiettent, een hoofd van Jut enz. op het haventerrein aanwezig zijn. Een beroep wordt op de ingezetenen gedaan deze beide dagen de vlag uit te steken, opdat de gehele gemeente een feestelijk aanzien zal hebben. Als steeds zal de Kerkstraat en omgeving het centrum der feestvreugde zijn, alwaar de gastvrije waard van het café Jan Eek steeds voor muziek en gelegenheid zal zorgen.

Kortom, een eeuw geleden werd er ook al veel werk gemaakt van de feestelijkheden in ons dorp. Een traditie die op een geweldige manier door het Feestcomité wordt voortgezet!

Eerder geplaatst in De Rotonde, jrg.20, uitgave 16, 8 september 2023.

Stoelenmatter.

Het slippertje kwam uit

Meer dan 100 jaar geleden, zo rond 1910, stond er ergens in Eemnes een woonwagen, waar een inwoner voor de kost als stoelenmatter werkzaam was. Hij woonde daar samen met zijn dochter. Hij herstelde stoelen die inwoners bij hem brachten en zijn dochter bracht de stoelen weer terug naar de eigenaren en nam daar de verschuldigde gelden in ontvangst.

Dat ging jaren goed tot het moment dat zijn dochter de stoelen op een dag had weggebracht maar daarna zelf niet meer terugkwam. De vader was ongerust en ging op onderzoek uit, helaas tevergeefs. De dochter was spoorloos en kwam niet thuis. Pas de volgende dag ’s middags kwam zij weer boven water.

Waar was zij geweest? Ja…, dat was een gek geval. Zij vertelde, dat zij door een fietsrijder onderweg was aangerand, meegesleurd naar de bosjes, haar het geld had afgenomen, haar vervolgens had afgeranseld en daarna laten liggen.

De vader was zeer aangedaan, maar ook woedend over wat er was gebeurd. Hij stapte daarom naar de burgemeester Rutgers van Rozenburg en vertelde hem van het gebeurde . De burgemeester als hoofd van de politie pakte dit direct op en sprak hierover vervolgens persoonlijk met de dochter. Zo ontdekte tijdens het ‘verhoor’ dat er iets anders was gebeurd dan zij tegen haar vader had verteld. Hij ontdekte vrij snel dat de jongedame met het voor het stoelenmatten opgehaalde geld niet direct naar huis was gegaan, maar een slippertje naar Amsterdam had gemaakt.

In die periode was het namelijk groot feest in Amsterdam; het was feestweek (de Prinses Juliana-Feesten en kermis) en het koninklijk gezin was daar vanzelfsprekend ook bij aanwezig. Zij wilde dat graag meevieren en -feesten, echter zij had daarbij wel al het geld er doorheen gejaagd. De waarheid kwam zo aan het licht en de dochter dus van een koude kermis thuis.

Eerder geplaatst in De Rotonde, jrg.20, uitgave 16 (lees 18), 6 oktober 2023.

Burgemeester Rutgers van Rozenburg met raad, medewerkers en familie bij zijn afscheid in 1936.

Samenvoeging van Eemnes met andere gemeenten?

Het onderwerp en de discussie over wel of niet samenvoegen van gemeenten en in het bijzonder onze gemeente Eemnes met andere gemeenten speelt al zo lang als er gemeenten bestaan. Al sedert het eind van de 19e eeuw begon onze rijksoverheid met plannen om, vooral de kleine gemeenten, samen te voegen. Eemnes heeft zich aan deze dreiging steeds kunnen onttrekken en is nog steeds zelfstandig. Wel is er de afgelopen decennia door ons gemeentebestuur -door druk van het rijk en provincie- maar ook vanwege ‘lijfsbehoud’ gezocht naar mogelijkheden om de bestuurskracht van onze gemeente te versterken. Dat heeft, zoals u weet, uiteindelijk geresulteerd in de ‘BEL-samenwerking’ met de drie zelfstandige gemeenten, één gezamenlijke ambtelijke organisatie en onderlinge afspraken over samenwerken.

Opheffing of daadwerkelijke samenvoeging is nu geen hot item meer, maar dat is in het verleden anders geweest. Eemnes heeft zich altijd tegen samenvoegen verzet, maar binnen het bestuur werd daar niet altijd eensgezind over gedacht. Dat blijkt uit het volgende. Burgemeester jhr. L. Rutgers van Rozenburg (burgemeester van Eemnes van 1907-1936) heeft zich hierover ca. 100 jaar geleden als volgt nadrukkelijk uitgelaten:

Naar mijn bescheiden mening is het vraagstuk van samensmelting van kleine gemeenten onderling of samenvoeging van kleine aangrenzende gemeenten bij een grotere, urgent en zal in de toekomst steeds urgenter worden. De taak der gemeenten door medewerking aan de uitvoering van de rijks wetgeving op sociaal gebied; belangrijke financiële offers, geëist ter uitvoering dezer wetgeving, bijv . voor onderwijs, volkshuisvesting en volksgezondheid, om maar enigen te noemen, zullen in zwaarte toenemen. Ook de belangrijke verhoging der traktementen van de verschillende gemeente-ambtenaren tellen hierin mee.

Deze verhoging van uitgaven wordt voor verscheidene kleine gemeenten, met geringe bronnen van inkomsten en zeer beperkt kapitaalkrachtig publiek, te zwaar.

Geen of onvoldoende uitvoering der wetten is hiervan het gevolg, tot nadeel en schade der ingezetenen. Naar mijn volle overtuiging kan slechts door samensmelting of samenvoeging van kleine gemeenten bij groteren een doelmatige oplossing worden gevonden van de bestaande en nog te verwachten vraagstukken.

Gezegd moet worden dat de gemeenten in die tijd minder kapitaalkrachtig waren en beperkte ambtelijk ondersteuning hadden, maar de bestuursopgaven waren in die tijd ook een stuk minder. De vraag dringt zich overigens wel op of de burgemeester zich destijds heeft uitgesproken namens het gemeentebestuur of op persoonlijke titel.

Eerder geplaatst in De Rotonde, jrg.20, uitgave 20, 3 november 2023.

Laarderweg 74, nog steeds Café Eemland.

Dansen op zondag?

Algemeen bekend is dat bij activiteiten op de ZONDAG rekening moet worden gehouden met de ‘zondagsrust’. Deze uit 1953 daterende wet geeft regels om één dag in de week, de zondag, een rustdag te bieden. De wet beperkt daartoe een groot aantal activiteiten om verstoring van onder meer de uitoefening van godsdienst tegen te gaan. Zo mogen vóór 13 uur geen harde geluiden worden gemaakt.

In 1928 bestond deze wet nog niet maar het bewaren van de rust op zondag was in 1928 wel onderwerp in de gemeenteraad van Eemnes. Aan de orde was toen een verzoek aan de burgemeester om toestemming om in cafés aan de Laarderweg op zondag te mogen dansen. Dat gaf nogal wat weerstand onder raadsleden, ook omdat er wel eens opstootjes waren. Uit onderstaande optekeningen uit deze vergadering blijkt maar weer dat onze opvattingen over religie en waarden en normen, maar ook hoe men aankijkt tegen bewoners van buiten Eemnes, in een eeuw tijd fors zijn veranderd.

De discussie verliep als volgt:
De heer Pas: Ik verzoek de burgemeester het dansen op de zondag, uit ‘zedelijkheidsbelang’, zoveel mogelijk te willen tegengaan.
De burgemeester/voorzitter: Dansen op zondag is gemakkelijk te verbieden, doch er is ook een categorie mensen die daar gebruik van wil maken en daarmee moeten we ook rekening houden.
Weth. Stoutenburg: Ik heb onlangs een klacht vernomen dat er op zondag een draaiorgel aan te pas kwam; dat gaat toch niet!
De heer Pas: Hierdoor halen we veel mensen van buiten naar hier; de oude bevolking is hiermee niet gediend. De voorzitter: In Laren wordt bij Hamdorff ook gedanst op zondag.
Weth. Stoutenburg: Daar doen ze het dag en nacht. Laten ze hun vrije zaterdagmiddagen en avonden dansen, dan hebben ze een schoon pak aan, zijn gewassen en voelen zich lekker om te dansen.
De heer Brouwer: Zondag is zondag, die moet als zondag gevierd worden.
De voorzitter: Maar veel mensen hebben alleen op zondag gelegenheid ergens heen te gaan.
De heer Seldenrijk: Het zijn meest lui uit Hilversum, Laren of Blaricum, laten die daar blijven en daar dansen! Het is een zwaar kruis voor ouders, die jongens van 16, 17 en 18 jaar hebben; voor die is de verleiding het grootst.
De voorzitter: Maar we kunnen dit niet tot het uiterste doordrijven; bovendien worden de cafés hier ‘s avonds reeds om 10 uur gesloten.
De heer Pas: Ik moet constateren dat de raad het volkomen met mij eens is om het dansen tegen te gaan!
De voorzitter: Dat zie ik ook aan de gezichten.

Hij besluit vervolgens de zaak verder in zeer ernstige overweging te nemen en sluit hierna de vergadering. Later die week besluit hij, kennelijk onder druk van de gemeenteraad, toch het dansen op zondag in openbare gelegenheden te verbieden.

Eerder geplaatst in De Rotonde, jrg.20, uitgave 23, 15 december 2023.