De Historische Kring vertelt … 2015

Klik op een van de onderstaande titels om direct naar het onderwerp te gaan.

De eerste klant van de Boni op 28 juli 1977 (coll. HKE)

In 1977 eerste ‘cash-and-carry’ in Eemnes
Bijgaande oude foto vonden we in onze verzameling. Achterop stond “opening Boni-supermarkt”, zonder datum. De gedigitaliseerde kranten van de Laarder Courant “De Bel” bij de Historische Kring Laren zijn dan een uitkomst. Na enige zoekpogingen rolde er de advertentie uit waarin de opening werd aangekondigd voor 28 juli 1977 om 9.00 uur. Ook verscheen een bericht over gedoe in de gemeenteraad van 23 mei 1977 in verband met de verbouwing. In het pand Torenzicht 80 had eerder een drukkerij gezeten.

Er klonk in de raad bezorgdheid over het effect van een “cash-and-carry-zaak” op de middenstand: “desastreus”, “plaatselijk middenstand de dupe”. Het college werd laksheid verweten m.b.t. tot het tijdig aanpassen van het bestemmingsplan. B&W zou het eigen beleid t.a.v. het winkelsteunpunt in de Noordbuurt (Eemhof) doorkruisen. De Boerenpartij (Wouda) maakte zich zorgen over de verkeerssituatie.
Volgens burgemeester De Bekker zou het college “zeer beslist deze ontwikkeling nooit gewild hebben”, maar voelde zich gedwongen om een bouwvergunning af te geven. Het bestemmingsplan had kennelijk geen gronden om de vestiging en verbouwing te kunnen weigeren, maar alsnog was reeds een onderzoek ingesteld of het bedrijf “als plaatselijk verzorgend bedrijf” terecht een vergunning had gekregen. We weten de uitkomst. Deze winkel is de enige, met die van Jaap Eek aan de Wakkerendijk en de Kaasschuur aan de Laarderweg, die sinds omstreeks 1977 niet verplaatst of verdwenen is.

(Eerder verschenen in De Rotonde 2015, nr. 17)

Hendrik J. Riggeling, 1939 (particuliere collectie)

Schilderij van Hendrik Jan Riggeling
In de afgelopen maanden ontvingen we een envelop met daarin een anoniem briefje en een foto van dit schilderij. Het schilderij ‘met watermolen “Eemnes”’ was in 1939 geschilderd door Hendrik J. Riggeling, zijn enige kunstwerk. Het kwam uit de boerderij van de familie W. van de Mheen, Eemdijk 120. Wanneer de haard zomers wegging, stond het voor het rookkanaal.
Gelukkig kennen we de familiegeschiedenis van de Riggelings. Hendrik Jan Riggeling (Eemnes 1884-1969 Laren NH) was inderdaad huisschilder. Hij was de enige zoon van huisschilder Hendrik Joost Riggeling (Uithoorn 1858-1945 Eemnes). Hendrik ging al jong in de leer bij zijn vader Joost, die bijzonder uitblonk in het schilderen van imitatiehoutnerf, het imiteren van marmer en het beschilderen van theebladen. Als liefhebberij deed Joost aan kunstschilderen.

In Eemdijk had Hendrik een schilders werkplaats achter de koeienstal van Klaas Hoolwerf, waar hij vermoedelijk ook woonde. Hij had daar veel werk en volgens onze briefschrijver gaf hij 25 jaar garantie op zijn schilderwerk. Hendrik trouwde op 26 augustus 1913 met sluiswachtersdochter Aaltje Scherpenzeel, waarmee hij zich op Laarderweg 29 vestigde.
In elk geval is deze molen niet één van de twee watermolens die tot ca. 1885 op de plaats van de huidige gemalen stonden, noch de korenmolen aan de Molenweg, die omstreeks 1925 verdween. Ze waren alle achtkantige bovenkruiers. Deze molen is een gesloten standerdmolen, genoemd naar het onderstel waarop de molenkast staat. De verhouding kast/standerd suggereert wel een watermolen. Tussen 1590 en 1681 stond mogelijkerwijs zo’n molen bij gemaal Tydeman, want op een kaart uit 1662 staat er een priegeltekeningetje van zo’n type.

Gaat het hier echter om een schilderij naar fantasie of naar een oudere afbeelding? HKE zou daarom graag in contact komen met de anonieme briefschrijver om nog eens van gedachten te wisselen over de achtergronden van het schilderij. e-mail info@historischekringeemnes.nl

(Eerder verschenen in De Rotonde 2015, nr. 21)

Vila “De Lindeboom”, Wakkerendijk 7
(coll. HKE)

Villa “De Lindeboom”
Eerder plaatsten we hier een foto van het voormalige rechthuis annex herberg en boerderij “De Lindeboom”, genoemd naar de gigantische lindeboom die ervoor stond. De naam komt voor het eerst voor op 30 december 1700, nog wel in verband met een moord, maar de herberg zal ouder zijn geweest en de boom kleiner. Het gebouw was in 1937 al aardig aangetast door de tand des tijds, maar was niettemin nog in gebruik. Het themanummer van de HKE van 1992, nr. 2, verhaalt over de geschiedenis ter gelegenheid van het afscheid van burgemeester mw. A. Th. de Leeuw-Mertens.

Op 12 maart 1936 werd mr. P.A.L. (Piet) van Ogtrop aangesteld als eerste eigen burgemeester van Eemnes, die in Eemnes niet Baarn zou wonen. Hij was toen nog ongehuwd, maar niet voor lang meer. Het volksfeest van 23 september 1937 stond in het teken van zijn aanstaande huwelijk met E.A.M.C. (Eugenie) baronesse Van Voorst tot Voorts in oktober in Den Haag.

Er was natuurlijk ook een burgemeesterswoning nodig. Op 30 juli 1937 besloot reeds de raad om voor ƒ6100 de oude herberg te kopen van Jan Ruizendaal. Tevens werd besloten om voor ƒ10.500 een burgemeesterswoning te bouwen op het terrein. Dit bedrag werd later verhoogd naar ƒ23.000, maar dan had je er ook wat moois voor. In oktober 1938 trok het gezin Van Ogtrop in de fraaie, nieuwe burgemeestersvilla genaamd “De Lindeboom” om er tot 1948 te blijven wonen. Op 22 februari 1949 werd trouwens de oude lindeboom geveld omdat hij niet meer te redden was.
Nadien hebben er tot nu toe verschillende burgemeesters in gewoond: E.J.M. Kolfschoten (1948-1954), A.C.H.N.M. de Bekker (1964-1977), mw. A.Th. de Leeuw-Mertens (1977-1992), mr. J.G. Bijl (1999-2004). Vanaf 2005 tot in de loop van 2015 is burgemeester R.(Roland) van Benthem RA de laatste. De gemeente Eemnes heeft het nog steeds fraaie en fraai gelegen pand verkocht en na een verbouwing is het in het najaar van 2015 opnieuw betrokken.

(Eerder verschenen in De Rotonde 2015, nr, 14, geactualiseerd)

 

Installatie burgemeester De Bekker, 9 januari 1965 (coll. HKE)

Vijftig jaar gelden trad burgemeester De Bekker aan
Bij het doorbladeren van wat foto’s om een ‘plaatje met een praatje’ voor deze rubriek te leveren, kwamen we deze foto tegen. Hij is gemaakt ter gelegenheid van de installatie van burgemeester A.C.H.N.M. de Bekker (1912-1997) op 9 januari 1965. Hij zou de gemeente Eemnes dienen tot 30 september 1977. Daarmee kwam er in zekere zin een einde aan een tijdperk.
Op de foto herkennen we een aantal personen. Vooraan op de eerste en tweede rij (v.r.n.l.): de raadsleden Arend de Vries, Bep de Bruijn, Kees van Leeuwen, Jo van Tinteren, Jacob van ’t Klooster, Cornelis Ruizendaal, voor en naast hem Toontje, Florence en Georgina de Bekker, een onbekende, burgemeester De Bekker, mevrouw To de Bekker-Vis, achter hen zoon Jacques, vermoedelijk de moeder van de burgemeester, Pieter de Bekker, gemeentesecretaris Reinbout en tot slot vier onbekenden.

Langs de verscholen trap van het oude gemeentehuis staan geheel links van beneden naar boven achter Pieter de Bekker: Leo Bisschop (hoofd Mariaschool), de gemeenteambtenaren Van Hoorn, Jaap Schaap, Willem Bieshaar (bode) en Wim van Moorst (klerk). In het midden achteraan zien we ook nog de toenmalige en welbekende ambtenaar van de secretarie Frans van Duijne. Geheel rechts achteraan staat een broer van de nieuwe burgemeester, die ook ergens anders dat ambt vervulde. Veel verwanten van de familie De Bekker zullen erbij staan, maar ook hier een daar ongetwijfeld nog wat Eemnessers.

Wie nog meer aanvullingen heeft kan die kwijt bij de Historische Kring Eemnes (HKE). e-mail info@historischekringeemnes.nl

(Eerder verschenen in De Rotonde 2015, nr. 12, aangevuld)

Polijsten in hal 3 van de Ocrietfabriek omstreeks 1949 (coll. HKE)

Het driedelige Ocrietaanrecht in de tentoonstelling (foto HKE)

Historische Kring Eemnes kreeg origineel Ocriet-aanrecht
Voor de tentoonstelling “Ocrietfabriek 1939-2008” had de HKE al eerder een aanrecht aangeboden gekregen, maar bij ophalen bleek er toch iets mee te zijn, waardoor het niet geschikt bleek. Een paar dagen voor Koningsdag kreeg de secretaris een belletje door een familielid van mevrouw Stronck in Krommenie. Bij het opruimen van haar huis bleek plotseling ergens achter wat rommel in de schuur nog het oude Ocriet-aanrecht te staan: een losse wasbak met de twee losse bladen die links en rechts ervan werden gemonteerd op de Bruynzeel-kastjes. Op internet had men onze tentoonstelling gevonden; of we belangstelling hadden, voor ons ‘museum’. Er moest heel snel beslist worden, want het lag al zowat klaar om naar de stort te gaan. De messing afvoer zat er nog in, met de tekst ‘OCRIET REINIGEN MET VIM’. De Mededingingsraad zou er acuut slapeloze nachten van krijgen.

HKE was er gauw klaar mee: aannemen en hier krijgen. Er was nog wel een plekje in de tentoonstelling en het zou een mooie tastbare aanvulling zijn (zie eerste afbeelding). Daarna zien we wel verder. Een optie is natuurlijk de huidige keuken van de Oudheidkamer nog wat verder te verbouwen en te voorzien van een origineel Ocriet- en Bruynzeel-keukenblok; thema “Van Bruynzeel-Ocriet tot IKEA”. Eens wat anders dan een Oudheidkamer met een oude schouw en een verstild echtpaar in streekdracht, met pijp en breiwerk, bij de potkachel met turfbak, wat de HKE overigens niet heeft. Of de handen hiervoor op elkaar zijn te krijgen in het bestuur staat nog steeds te bezien. Het blijft zorgvuldig bewaard ‘in depot’.

Dit is een tastbare herinnering aan het grootste bedrijf ooit in Eemnes met ruim 400 werknemers in een uiterste punt van Eemnes bij Eembrugge, gemeente Baarn. De productenreeks met gelige aanrechtbladen in soorten en de zogenaamde Lavet werden in grote hoeveelheden in nieuwbouwwoningen geplaatst. Menigeen heeft nog jeugdherinneringen aan de wekelijkse wasbeurt in de Lavet in plaats van in de tobbe. Bijgaande tweede afbeelding laat het werk in de polijsthal zien waar twee soorten aanrechtbladen gepolijst worden. Op de achtergrond staan bakken van de Lavet.

(Eerder verschenen in De Rotonde 2015, nr. 12, aangepast)

De dominee helpt de vuilnisman (coll. HKE)

Evolutie van de vuilnisafvoer in Eemnes
Een mens heeft en produceert tegenwoordig heel wat rommel. HKE kreeg een paar foto’s over de ‘vuilnisophaaldienst’ van Jaap Elders. Dat geeft een aardig tafereeltje dat is vastgelegd voor Laarderweg 1, de voormalige pastorie, ergens in de jaren vijftig. De dominee lijkt te helpen met het optillen van een soort afgedankte wasketel. Jaap Elders staat op de wagen. Een paar jongens zitten op het oud papier. Ook toen werd dat blijkbaar al gescheiden. Twee andere jongens mogen meerijden op Jaaps knol.

Jaaps vader, die een kleine boerderij met zo’n tien koeien had, was de eerste vuilnisophaler van Eemnes. Voor 80 gulden per jaar haalde hij eenmaal per maand het vuilnis op, en dan nog niet eens overal. Hij dumpte het vuilnis in een laagte in zijn land en vulde die daarmee op. Het zal wel vooral bestaan hebben uit as van de kachels en divers keukenafval, maar enkele lege batterijen (nog weinig gebruikt), kapotte lampen en wat klein chemisch afval zullen er ook wel bij hebben gezeten. Jaap nam het in 1949 over na het overlijden van zijn vader. In de laatste jaren van zijn ophaaldienst, die hij volgens een interview uitvoerde tot 1958, had hij de karrehit vervangen door een tweedehands trekker.

Vanaf 1958 kwam de vuilniswagen van Laren met kortere tussenpozen een rit doen, waarop Jaap hielp. Het vuilnis ging vermoedelijk eerst nog naar de belt van Laren, die op Eemnesser gebied lag, de poel bij de bramenbosjes, nu ongeveer Bramenberg. Sinds de invoering van de Gemeentelijke Afvalstoffendienst (GAD) in Het Gooi per 1 januari 1990, was Eemnes wederom aangewezen op een particuliere, maar professioneler vuilnisverwerker, waarvan er verschillende elkaar afwisselden.

De tijden veranderen. Tot eind 2016 komt deze om de twee weken langs voor respectievelijk restafval, GFT (groente-, fruit- en tuinafval) en papier. Per 2017 komt daar PMD (plastic, metaal en drinkpakken) bij.

(Eerder verschenen in De Rotonde 2015, nr. 8, geactualiseerd)

Foto Toon Wortel 2014

Wagenmaker Toon Wortel
Als er bij mooi weer een fraai beschilderde en gelakte houten, met paard bespannen wagen stapvoets door Eemnes rijdt, dan is de kans groot dat het Toon Wortels creatie is, die hijzelf ment. Hij is er zuinig op.
Toon is inmiddels een bekende Eemnesser, die zich de ambachtelijke fijne houtbewerking, inclusief snij- en draaiwerk, van jongs af aan uit pure liefhebberij heeft eigen gemaakt. Hij hielp zijn vader, de antiquair Piet Wortel op de hoek van de Kerkstraat, met het repareren van oude meubels en siervoorwerpen. Jong geleerd oud gedaan! Zijn laatste creatie is een speelwagen, die lijkt op een traditionele houten boerenwagen, maar dan in een fraaiere uitvoering.

Voor de Historische Kring Eemnes heeft Toon op de ledenvergadering van maart 2015 een presentatie over zijn liefhebberij als wagenmaker verteld en meer in het bijzonder over de realisatie van deze speelwagen en een verkleinde kopie ervan. Daar zitten verschillende boeiende kneepjes van het vak bij, zoals het maken van een houten spaakwiel met naaf en ijzeren band. Ook loop je tegen problemen aan om niet gangbare onderdelen te verkrijgen. De wagen was tijdens de presentatie te aanschouwen in de zaal.

(Eerder verschenen in De Rotonde 2015, nr. 6, aangepast)

Fragment van de kaart van Lucas Jansz Sinck uit 1619 (Nationaal Archief)

Ruysdael, Ruisendaal en Ruizendaal
In de Bouwvenen in Blaricum, die tot 1535 door onduidelijkheid in de grenzen nog bij Eemnes werden gerekend, stond een kasteeltje dat aanvankelijk “de Graft” genoemd zou zijn. De huidige Slotlaan in Blaricum herinnert er nog aan. De eerst bekende eigenaar was de Amsterdamse burgemeester Dirk Heymans Ruysch in 1483, naar wie pas veel later het slot vernoemd is als Ruyschen Dael (zie kaartje uit 1619) of Ruysdael en nog weer later ook Ruisendaal in verschillende variaties. Bij het slot hoorde een gelijknamige pachtboerderij die in 1722 alleen nog wordt genoemd, terwijl niet lang daarvoor het slot moet zijn afgebroken.

In 1588 vertrok Jacob Jansz, die de bijnaam Van der Graft gebruikte, van Blaricum naar Naarden. Twee van zijn zoons, Isaac en Salomon, verhuisden in 1616 naar Haarlem om zich te bekwamen als lijstenmaker, respektievelijk. kunstschilder. Zij noemden zich Van Ruysdael in navolging van hun oudste broer Jacob, die in Naarden bestuursfuncties bekleedde. Jacob van Ruisdael was de bekende landschapsschilder en zoon van Isaac.
We kennen in Bussum en Eemnes de families Ruisendaal en Ruizendaal. De s en de z werden in het verleden wel eens door elkaar gehaald, maar de vorm met s lijkt meer in Bussum voor te komen en die met z meer in Eemnes. Tot op heden is niet bewezen dat er familierelaties zijn met elkaar en met de (Van) Ruysdaels. Dat hoeft ook niet, want er zijn vele voorbeelden van families die hun familienaam ontleenden aan dezelfde boerderij zonder familiale relaties met elkaar.

Vooralsnog zijn er ook geen harde koppelingen bekend tussen de eerste personen die zich Ruizendaal of Ruisendaal noemden en de boerderij in Blaricum. Niettemin is het zeer aannemelijk dat de betreffende families ergens in de verte iets met de pachtboerderij te maken hebben gehad. De Eemnesser familienaam Ruizendaal komt zo geschreven voor het eerst voor in 1712. Naar hen is de Ruizendaallaan in de nieuwe Zuidbuurt vernoemd. In 1677 tekent echter Caspar Ruijsendaal al als burgemeester van Eemnes-Binnendijk en hij is de oudste van dit geslacht.

(Eerder verschenen in De Rotonde 2015, nr. 4)